Hoe het adresboek op een Mac te vinden

Apple's lijn van Mac-computers omvat de iMac, MacBook, MacBook Pro en MacBook Air. Vanaf 2011 worden alle Mac-computers geleverd met het OS X-besturingssysteem van Apple, dat een verscheidenheid aan applicaties bevat. "Safari", de webbrowser van Apple, "Mail", het e-mailprogramma en "Adresboek" zijn drie van de belangrijkste toepassingen die standaard bij een Mac worden geleverd. U kunt de toepassing "Adresboek" gebruiken om contacten bij te houden en in groepen te organiseren. "Adresboek" en alle toepassingen op de Mac zijn toegankelijk via de map "Toepassingen".

Stap 1

Klik op uw "Finder". U kunt de "Finder" openen via uw "Dock" door op het pictogram te klikken - het lijkt op een klein gezicht - dat een venster opent. De "Finder" is uw primaire navigatiehulpmiddel voor het vinden van toepassingen, mappen en documenten op uw Mac. Het biedt twee manieren om toegang te krijgen tot uw bestanden; door map voor map in het hoofdvenster te navigeren, of door de snelkoppelingen in het linkermenu te gebruiken voor uw favoriete items. U kunt items toevoegen aan en verwijderen uit het snelmenu "Finder" door het pictogram naar het menugebied te slepen en neer te zetten.

Stap 2

Klik op uw map "Toepassingen". De map "Toepassingen" bevat al uw programma's, inclusief de software die standaard bij uw Mac wordt geleverd. Om nieuwe toepassingen te installeren, sleept u ze naar de map "Toepassingen". U kunt ook toegang krijgen tot de map "Toepassingen" via het pictogram in het snelmenu "Finder".

Stap 3

Dubbelklik op "Adresboek". Uw map "Toepassingen" moet de programma's op alfabetische volgorde weergeven. Als dat niet het geval is, selecteert u 'Bekijken' in het hoofdmenu en kiest u 'als lijst'. U kunt de weergave ook wijzigen door tegelijkertijd op de "Command"-toets - ook wel de "Apple"-toets genoemd - en op "3" te drukken.

Maak een snelkoppeling naar uw "Adresboek" in het "Dock" door het applicatiepictogram te slepen en neer te zetten waar u het wilt plaatsen.