Apple bracht zijn eerste iPad-tablet in 2010 uit onder veel tamtam. De tablet had een hele reeks intuïtieve gebaren en bevatte de mogelijkheid om de schermoriëntatie aan te passen door deze te kantelen. Gamers waren vooral gecharmeerd van de flexibiliteit en hebben de Apps Store gevuld met duizenden games die profiteren van de uitzonderlijke resolutie en schermvariabiliteit van de iPad. Omdat Apple extra iPad-modellen heeft ontwikkeld, heeft het bedrijf de technologie verbeterd.
De eerste iPad
Het eerste iPad-model bevatte geen gyroscoop. In plaats daarvan gebruikte het een versnellingsmeter. Dit kleine apparaatje detecteert de beweging van de iPad en past het scherm daarop aan. Deze technologie wordt ook gebruikt om bewegingen vast te leggen, zoals wandelen of hardlopen, en wordt gebruikt in bepaalde fitnessstappenteller-apps voor de iPhone en iPod-apparaten.
Verschil tussen versnellingsmeter en gyroscoop
Een versnellingsmeter meet de beweging of oriëntatie van een object, terwijl een gyroscoop de hoek, snelheid en beweging van het object detecteert. In een iPad wordt de informatie van zowel de versnellingsmeter als de gyroscoop gecombineerd in een proces dat sensorfusie wordt genoemd. Dankzij sensorfusie kan de iPad-software beweging en andere sensorische gegevens snel en nauwkeurig detecteren.
Latere modellen
Vanaf de iPad 2 bevatten alle iPad-modellen een versnellingsmeter en een gyroscoop met drie assen. Deze technologie verbetert aanzienlijk het vermogen van het apparaat om beweging, kanteling, snelheid en de hoek van de tablet waar te nemen. Toen de iPad 2 voor het eerst werd uitgebracht, waren er maar weinig apps om van de technologie te profiteren, maar app-ontwikkelaars hebben nu games, navigatiesoftware en andere apps gemaakt die gebruikmaken van de gyroscooptechnologie van de iPad.