Een router gebruiken om een ​​bekabeld internetsignaal te splitsen

Een router brengt een lokaal netwerk tot stand, een verzameling computers die binnen een beperkt bereik met elkaar kunnen communiceren. Zodra een router is aangesloten op een kabelmodem, kan deze een internetsignaal delen met alle clients die aan het LAN zijn gekoppeld. Draadloze routers zijn handig en vereisen in de meeste gevallen weinig inspanning om te configureren, maar Wi-Fi verlaagt de breedbandsnelheid, waardoor de netwerkprestaties afnemen. Bedrijven die bandbreedte-intensieve applicaties gebruiken, moeten een bekabeld netwerk gebruiken, omdat dit hogere, betrouwbare snelheden biedt dan Wi-Fi kan bieden.

Controleer of de kabelmodem is aangesloten op de router; de Ethernet-kabel die aan de achterkant van de modem is bevestigd, moet worden aangesloten op de "WAN"- of "Internet"-aansluiting aan de achterkant van het routeringsapparaat.

Sluit een Ethernet-kabel aan op een werkstation. Steek het andere uiteinde van de kabel in een van de LAN-poorten aan de achterkant van de router.

Herhaal de bovenstaande stap voor alle andere werkstations of netwerkapparaten op kantoor.

Tips

Mogelijk moet u de modem of de router opnieuw instellen nadat u een werkstation op het netwerk hebt aangesloten. Koppel de voedingsadapters los die op elk apparaat zijn aangesloten en sluit ze vervolgens opnieuw aan na vijf tot tien seconden te hebben gewacht.