Met het CMD-venster van uw bedrijfscomputer kunt u communiceren met het besturingssysteem, systeemopdrachten uitvoeren en reacties bekijken zonder de grafische gebruikersinterface van Windows te gebruiken. Als u bijvoorbeeld de opdracht "dir" typt in het CMD-venster, geeft Windows de namen weer van de bestanden en submappen die zich in een van uw mappen bevinden. Deze informatie kan snel voorbijvliegen als uw map tientallen of honderden bestanden bevat. Wanneer u het CMD-venster moet gebruiken om opdrachten uit te voeren en hun uitvoer te bekijken, kunt u een eenvoudige schakelaar aan uw opdracht toevoegen om de uitvoer te bevriezen voordat extra informatieschermen worden weergegeven.
Klik op de Windows Start-knop en typ "cmd" in het zoekvak. Wanneer het pictogram Cmd.exe verschijnt, klikt u erop om het CMD-venster te openen.
Typ "dir" - zonder de aanhalingstekens - en druk op "Enter". Het venster toont de lijst met bestanden die zich in de huidige map bevinden. De huidige map is de map waarvan de naam links van het opdrachtpromptteken wordt weergegeven.
Typ "dir /p" en druk nogmaals op "Enter". Het venster toont alleen de bestandsnamen die in het CMD-venster passen. Dit gebeurt omdat de schakeloptie /p die aan het einde van de opdracht is toegevoegd, ervoor zorgt dat het venster pauzeert - of vastloopt - na het weergeven van een scherm vol informatie.
Druk op "Enter" om het volgende scherm met bestandsnamen te bekijken. Terwijl u op "Enter" blijft drukken, toont het venster u extra schermen met de namen.
Tips
Hoewel het bevriezen van het CMD-venster handig kan zijn wanneer u een kleine hoeveelheid uitvoer moet bekijken, kan het even duren om door een lijst met resultaten te bladeren als er honderden schermen nodig zijn om ze weer te geven. Een andere manier om de uitvoer van een opdracht te bekijken, is door deze naar een bestand te routeren door "> mijnbestand.txt" -- zonder de aanhalingstekens -- achter je opdracht te plaatsen. Vervang "mijnbestand.txt" door de naam van het bestand waarin u de resultaten wilt bewaren. Wanneer u de opdracht uitvoert, verzendt Windows de uitvoer naar dat bestand zonder het in het CMD-venster weer te geven.