De meeste luidsprekers zijn ofwel 4-ohm, 6-ohm, 8-ohm of 16-ohm luidsprekers. Ohm is een maat voor impedantie, die de hoeveelheid stroom vertegenwoordigt die de luidspreker trekt. Impedantie is gelijk aan spanning gedeeld door stroom. Dit betekent dat een speaker van 4 ohm meer stroom trekt dan een speaker van 6 ohm; meer stroom geeft het meer kracht en stelt het meestal in staat om luider te spelen. Als je speakers van 4 ohm aansluit op een versterker die alleen speakers van 6 ohm kan aansturen, trekken de speakers te veel stroom en zal de versterker waarschijnlijk oververhit raken en zichzelf uitschakelen. Je kunt de impedantie van een speaker meten met een multimeter.
Stap 1
Sluit de rode sonde aan op de positieve ingang en de zwarte kabel op de negatieve ingang van je multimeter. Verander de eenheden in ohm.
Stap 2
Koppel de luidspreker los als deze een stroombron heeft. Identificeer de geleidingsdraden die zijn aangesloten op een aansluiting op de conus van de luidspreker en de draden die zijn aangesloten op een ingangsaansluiting op de luidspreker. Ontkoppel indien mogelijk de draden van de ingangsaansluiting.
Bepaal welke kant van de aansluiting op de luidsprekerconus positief is en welke negatief. Sluit de rode sonde van uw multimeter aan op de positieve kant en de zwarte sonde op de negatieve kant. Lees de impedantie op de multimeter af en rond het getal naar boven af. Als de multimeter bijvoorbeeld 3 ohm aangeeft, is het een luidspreker van 4 ohm. Als het 14 ohm aangeeft, is het een luidspreker van 16 ohm.
