Hoe breuken op de iPhone te doen (3 stappen)

Naast bijna 20 andere ingebouwde apps -- van Apple Maps tot Siri tot FaceTime -- bevat de iPhone 5 Apple's Calculator-applicatie direct uit de doos. Wanneer u uw iPhone verticaal houdt, in een positie die bekend staat als "profielmodus", merkt u misschien dat er geen knop is om breuken in te voeren. Als u daarentegen overschakelt naar de liggende modus, verandert uw iPhone in wezen in een wetenschappelijke rekenmachine, waarbij een breuktoets en andere nieuwe functies worden onthuld.

Stap 1

Tik op de knop "Hulpprogramma's" in het hoofdscherm van de iPhone en raak vervolgens het pictogram van de Calculator-app aan. Draai je iPhone naar een horizontale stand -- ook wel liggende modus genoemd -- om de wetenschappelijke rekenmachinemodus van de rekenmachine te activeren, waardoor nieuwe functietoetsen verschijnen.

Stap 2

Voer cijfers en wiskundige symbolen in op het toetsenbord als onderdeel van uw vergelijking. Gebruik de toets "1/x" om breuken te maken waarin één het bovenste getal is, zoals 1/4 of 1/2. Als u bijvoorbeeld 1/4 als onderdeel van uw vergelijking wilt invoeren, typt u "1", gevolgd door "1/x" en "4" (laat aanhalingstekens hier en in de daaropvolgende getypte opdrachten weg).

Gebruik de delingssymbooltoets, "÷", om breuken in te voeren waarin het eerste getal niet één is. Gebruik de haakjestoetsen om deze breuken aan te duiden. Als u bijvoorbeeld '3/4' wilt typen, tikt u op '(', '3', '÷', '4', ')'. Dus voor de vergelijking 1/4 plus 3/4 typt u "1", "1/x", "4", "+", "(", "3", "÷", "4," ")." Nadat u uw vergelijking heeft ingevoerd, tikt u op de toets "=" om het antwoord te ontvangen.